Actueel ยป Een leven met weinig inkomen in een slechte buurt

Een leven met weinig inkomen in een slechte buurt

Mensen met een beperking betalen relatief veel voor hun woning en leven vaker dan gemiddeld in wijken met een slechte leefbaarheid. Dat blijkt uit onderzoek in opdracht van het ministerie van Binnenlandse zaken naar de woonsituatie van ouderen en mensen met een beperking.

Het rapport laat zien dat het beeld bij ouderen met een beperking divers is. Aan de ene kant is er een groeiende groep ouderen die goed opgeleid is een goed inkomen heeft. Zij zijn behoorlijk zelfredzaam wat betreft wonen en zorg. Aan de andere kant is er ook een grote groep ouderen -  waaronder veel allochtonen - met een laag inkomen, een lage opleiding en een klein sociaal netwerk. Zij zijn vaker alleenstaand en hebben ook meer kans op het ontwikkelen van ziektes en beperkingen. 

Het rapport besteedt gelukkig niet alleen aandacht aan de vergrijzing. Er is ook veel aandacht voor de woonsituatie van mensen met een beperking onder de 65. Het beeld dat daaruit oprijst is in veel opzichten zorgelijk.

Sociale woningbouw
De onderzoekers constateren dat er een concentratie ontstaat van mensen met diverse typen beperkingen in de sociale huursector. De kwetsbaarsten onder hen, met de laagste inkomens, zijn  aangewezen op de goedkoopste sociale huurwoningen. Die liggen vaak in gebieden die laag scoren op leefbaarheid.  

Het rapport laat ook zien dat de betaalbaarheid van woonruimte voor mensen met een beperking onder druk staat. Vooral mensen met  psychische aandoeningen en mensen met een licht verstandelijke beperking hebben een hoge ‘woonquote’. Ze betalen relatief veel van hun – toch al lage - inkomen aan woonlasten.

Duidelijk is verder dat er door de vergrijzing een forse toename zal zijn van mensen met allerlei soorten beperkingen: lichamelijk, visueel, auditief, dementerend. De omgeving moet daarop afgestemd worden. Woningen, woonomgeving, voorzieningen, ondersteuning en zorg moeten op elkaar afgestemde arrangementen worden. 

De onderzoekers zien lokaal vooral een rol weggelegd voor gemeenten. Die moeten een scherp beeld hebben van de doelgroepen en hun behoeften. En op basis daarvan beleid ontwikkelen om de  gebreken in het bestaande woningaanbod weg te werken. 

Participatie
Ieder(in) is blij dat het rapport veel aandacht besteedt aan de kwetsbare positie van mensen met een beperking op de woningmarkt. De genoemde knelpunten – zoals slechte betaalbaarheid en wonen in slechte buurten – zijn ook bekend uit eigen onderzoek. Deze knelpunten - in combinatie met het vaak lage inkomen en hoge werkloosheidscijfers onder mensen met een beperking – zijn niet bevorderlijk voor de participatie.

Ieder(in) verwacht van de landelijke en lokale overheden dan ook extra inspanningen om de randvoorwaarden voor zelfstandig wonen op orde te krijgen. Daarnaast zullen ook brandveiligheid en sociale veiligheid extra aandacht moeten krijgen nu steeds meer mensen met zware beperkingen zelfstandig wonen. 

Verstandelijke beperking
Tot slot nog een opmerking over jongeren met een verstandelijke beperking. In het rapport wordt gezegd dat zij vaak lang - zo lang als het gaat - bij de ouders blijven wonen en dan nog steeds de plaats van ‘kind’ innemen. Ieder(in) denkt dat dit niet altijd de voorkeur heeft van deze ouders en kinderen. Maar dat het ook duidt op een gebrek aan een goed alternatief.  

Op jezelf gaan wonen met voldoende ondersteuning wordt steeds lastiger door bezuinigingen op de zorg, door tekort aan geschikte kleinschalige woonvoorzieningen, door hogere drempels voor uitkeringen. En ook groepen ouders die gezamenlijk een wooninitiatief willen starten, stuiten op problemen: woningcorporaties zijn terughoudend met de financiering van het vastgoed. 

Bron: iederin.nl

Bereik ons via: FacebookFacebook TwitterTwitter YouTubeYouTube EmailEmail